Agenda


 

 

Lees verder...

Horen - Ouvir




 

 

 

 

Infinitief O infinitivo
te horen ouvir
   
Tegenwoordige tijd O presente
ik hoor (eu) ouço (oiço)
jij hoort (tu) ouves
hij / zij / het hoort (ele / ela) ouve
wij horen (nós) ouvimos
jullie horen (vós) ouvís
zij horen (eles / elas) ouvem
   
Verleden tijd O pretérito
Onvoltooid verleden tijd O pretérito imperfeito
ik hoorde (eu) ouvia
jij hoorde (tu) ouvias
hij / zij / het hoorde (ele / ela) ouvia
wij hoorden (nós) ouvíamos
jullie hoorden (vós) ouvíeis
zij hoorden (eles / elas) ouviam
   
Voltooid tegenwoordige tijd O pretérito perfeito composto
ik heb gehoord (eu) tenho ouvído

 

 

 

 




2024 Harmen Schoonekamp | contact | Talennet | sitemap.....





Citaat van de dag

"Ik leef altijd in het heden. De toekomst kan ik niet kennen. Het verleden heb ik al niet meer.
Vivo sempre no presente. O futuro, não o conheço. O passado, já o não tenho. "

- Fernando Pessoa -
(1888-1935)

Snelkoppelingen en mededelingen

Heeft u een eigen website? Een link naar deze website wordt zeer gewaardeerd. Uw website kan eventueel ook bij ons in het linkoverzicht geplaatst worden.